Over Arnoldus van Daal
De naam van onze scoutingvereniging dragen wij met trots. Wij hebben deze te danken aan Mr. A. van Daal, wie omkwam in de Tweede Wereldoorlog.
Arnoldus van Daal werd geboren op 30 augustus 1912 in Amersfoort. Hij rondde zijn studie rechtsgeleerdheid af en behaalde daarmee zijn titel “Meester in de Rechten”, afgekort “Mr.”. Als op 10 mei 1940 de Tweede Wereldoorlog uitbreekt in Nederland, is Van Daal werkzaam als jurist in Amersfoort en wordt hij daar lid van een verzetsgroep. In Boskoop trouwt hij in 1944 met Eppie Anna Antje Aaltje van Iddekinge, ook een Amersfoortse en actief in dezelfde verzetsgroep.
Tijdens de oorlog is Van Daal commandant van de Binnenlandse Strijdkrachten (BS) afdeling Boskoop, onder de schuilnaam ‘Landman’. Op 19 december 1944 wordt hij met een aantal andere verzetsmensen betrapt bij het zenden van berichten naar Londen, waarop ze gearresteerd worden. Hij en zijn vrouw worden gevangen gezet in het Oranjehotel te Scheveningen. Zijn vrouw komt vrij, maar zelf wordt Arnoldus op 6 maart 1945 overgebracht naar Kamp Amersfoort, waar hij vervolgens wordt vastgehouden onder kampnummer 15209. Vanuit Kamp Amersfoort wordt hij op 15 maart 1945, slechts één maand voor de overdracht van het Kamp aan het Rode Kruis, gedeporteerd naar concentratiekamp Neuengamme in Duitsland. Hij komt daar aan op 18 maart 1945, met registratienummer 77319.
Intussen is de strijd voor bevrijding van de bezetters bijna op het hoogtepunt aangekomen. Bij de nadering van de bevrijders werden de gevangenen uit de kampen in zogenoemde “Dodenmarsen” opgedreven naar Neustadt. In de Lübecker Bocht, een baai in Noord-Duitsland, werden zij aan boord gebracht van een drietal schepen die de gevangenen – zij die de marsen hadden overleefd – naar Zweden zouden brengen. Onder deze schepen is de Cap Arcona, waarop Van Daal terecht komt. De drie schepen werden op 3 mei 1945 gebombardeerd door de Royal Air Force, waarbij ruim 7000 mensen omkwamen. De schepen waren gemarkeerd met Nazivlaggen, waardoor de RAF dacht dat het ging om schepen met Duitse soldaten. Arnoldus was een van de overlevenden van het bombardement, maar enkele dagen na de bevrijding – op 22 mei 1945 – bezweek hij in Neustadt alsnog aan de gevolgen van de ontberingen die hij had moeten doorstaan.
Na zijn overlijden is Mr. van Daal begraven op een begraafplaats bij het lokale ziekenhuis van Neustadt in Holstein. Volgens de documentatie in het archief van Neustadt zijn hij, en de andere Nederlanders van die begraafplaats, in 1952 opgegraven door het Rode Kruis. Sommige van deze Nederlanders zijn herbegraven op het nabijgelegen ereveld van Lübeck, anderen zijn teruggebracht naar hun thuisland en herbegraven in Loenen of bijgezet in een familiegraf. Van Arnoldus is na de opgraving helaas geen enkel spoor meer.
Naamgeving
Tijdens de oorlog was scouting niet toegestaan en opkomsten waren dus illegaal. Toch is onze vereniging blijven bestaan, en het is ons bekend dat Van Daal in de oorlog bij ons leider bij de padvinders is geweest. Om die reden is in september van 1945 aan zijn vrouw gevraagd of wij de naam “Mr. van Daal” mogen dragen. Zij heeft ons die toestemming gegeven en sindsdien dragen wij deze naam met trots. Van 1934 tot 1945 heette de scouting de Azaleagroep, en waren er alleen jongens. Na de oorlog werd ook een meisjesgroep opgericht, de Heestergroep genaamd. Deze fuseerde in 1983 met de Scouting Mr. van Daal.
Naast onze scoutingvereniging is in Amersfoort het “Van Daalpad” naar deze verzetsman vernoemd. Ook ligt er een gedenksteen in de straten van Amersfoort, op de plek van zijn laatst bekende woonplaats in zijn thuisstad.
Social media links